“Het boek dat je nodig hebt om niet gek te worden”… van een uitdagende titel gesproken. De auteur is Philippa Perry, een Britse psychotherapeut die inzichten uit haar praktijk combineert met bevindingen uit wetenschappelijke studies. In dit boek focust ze op manieren om zo lang mogelijk mentaal gezond te blijven.
Perry zegt dat een succesvolle psychotherapie altijd verandering brengt op 4 vlakken: zelfobservatie, contact met anderen, stress en jouw eigen verhaal. Ik citeer: “Dit zijn de gebieden waarop je aan jezelf kunt werken, ook als je niet in psychotherapie bent.”
Laten we er samen even doorgaan…
- Zelfobservatie
Dit draait om jouw vermogen om je gevoelens en zintuiglijke waarnemingen te observeren en ernaar te luisteren. Het is een manier om je twee hersenhelften dichter bij elkaar te brengen; je linkerkant (logica) en je overheersende rechterkant (emoties).
Het credo is “Gebruik je gevoelens, laat je niet door je gevoelens gebruiken.” Of nog anders gezegd: “Wees je emoties niet, observeer ze.” Je bént niet boos maar voelt je boos. En dat is helemaal ok. Weet ook dat emoties komen en gaan.
Door jezelf te observeren, kan je jezelf vormen en hervormen. Het is leerstof in elke coachingsopleiding. Als coach leer je je zelfobservator ontdekken en inzetten om te erkennen wat er allemaal gebeurt tijdens een sessie, zonder dat iets ‘goed’ of ‘fout’ is. Vervolgens bepaal jij als coach wat je ermee doet, dat doet je zelfobservator niet.
Typische zelfobserverende vragen zijn: wat voel/denk/doe ik nu, hoe adem ik, waar heb ik nu behoefte aan? Doe dit met geconcentreerde aandacht.
2. Contact met andere mensen
Iedereen heeft veilige, vertrouwde, betrouwbare en bemoedigende relaties nodig. We zijn groepsdieren: “Je hersenen hebben andere hersenen nodig”.
Stel jezelf open voor anderen. Wees niet wie je denkt te zijn, wel wie je écht bent. En ja, dit betekent dat je je kwetsbaar opstelt. Ik vond dit persoonlijk heel lang supermoeilijk en weet nu dat dit de enige manier is om tot een échte dialoog te komen.
Heel interessant wat Perry zegt over alles wat met groei en genezing te maken heeft: “Het lijkt niet zoveel uit te maken of de behandelaar een analytische freudiaan… of een life coach is.” Alles hangt af van de kwaliteit van de relatie met je begeleider. In mijn geval met de coachee of het team dat ik coach.
3. Stress
Goede stress laat nieuwe zenuwbanen ontstaan, en dit is nodig voor persoonlijke ontwikkeling en groei.
Sta eens stil bij situaties waarbij je spontaan zegt “Dit is niets voor mij”. Wat als je het tóch zou proberen, wat is het ergste wat je kan overkomen? Want er is veel bewijs dat je hersenen langer gezond blijven als je nieuwe dingen blijft proberen, je hele leven lang.
Ik heb o.a. de comfortzone-oefening onthouden waarbij je cirkels tekent op een blad en invult met activiteiten. In het midden zet je die dingen die je heel goed afgaan. En zo schuif je op naar de buitenste cirkel met die activiteiten die veel te eng zijn om te proberen… terwijl je ze eigenlijk wel wil doen. Zo stap je beetje bij beetje uit je comfortzone. En ga niet meteen voor een marathon, ‘Start 2 run’ is een prima start.
4. Wat is mijn verhaal?
Ontdek de verhalen waar je leven op stoelt. Dit doet een hele grote bel rinkelen bij coaches want overtuigingen vormen hier de rode draad. Het zijn onze persoonlijke waarheden die we hebben ontwikkeld vanuit onze opvoeding, door onze ervaringen en door geloof in autoriteiten zoals onderwijs, media, experts, mensen en instellingen waar je naar opkijkt.
Overtuigingen klinken als “Ik geloof dat…” of “Ik ben zo iemand die…”.
Ons denken wordt door verhalen gevormd. Als we die verhalen kennen – en professionele coaches kunnen je daar perfect bij helpen – kan je ze onder de loupe nemen en bijsturen waar je dat nodig vindt. Ja, je kan overtuigingen wel degelijk herschrijven zonder afbreuk te doen aan jouw waarden.
